Fietsen met de hond

Samen fietsen met je hond kan erg leuk zijn. Er zijn ook een aantal dingen waar je rekening mee moet houden om het leuk en veilig te houden.

Vanaf welke leeftijd?

Fiets alleen met een volledig volgroeide hond en niet een pup die nog in de groei is. Sommige rassen zijn volgroeid na anderhalf jaar, bij andere duurt het zelfs twee jaar. Gemiddeld genomen kun je vanaf 12 maanden voorzichtig starten met het oefenen bij je in de straat en naarmate de hond ouder wordt, kun je de afstand langzaam gaan opbouwen.

Welke rassen?

Sommige rassen zijn minder geschikt om mee te gaan fietsen. Rassen met een platte snuit, waaronder de Engelse Bulldog, Shih Tzu en Boston Terriër, zijn door hun snuit veel sneller buiten adem en daardoor minder geschikt. Voor honden met korte poten zoals de Chihuahua, Maltezer en Teckel is het moeilijk om een normaal fietstempo bij te houden. Voor de Teckel is het ook een flinke belasting voor zijn rug.

Naast de fiets leren lopen

Als je je hond mee wil nemen naast de fiets, dan zal hij eerst geleerd moeten hebben om te wandelen zonder te trekken. Je wil namelijk voorkomen dat je hond je van de fiets trekt en het is ook niet de bedoeling dat de hond de fiets vooruit trekt (een hond als trekkracht gebruiken is overigens verboden in Nederland). Sommige honden vinden een fiets maar eng en willen er niet in de buurt zijn.

Je kunt beginnen met eerst te lopen met de fiets aan de hand. Hierbij loop je zelf links van je fiets en de hond aan de rechterkant. Laat je hond altijd rechts lopen zodat hij niet aan de kant van het verkeer loopt. Als dit goed gaat, kun je kleine stukjes gaan fietsen. Bijvoorbeeld een paar meter bij je in de straat. Als dat goed gaat, kun je de afstand steeds langer maken. Hiermee bouw je de conditie van de hond ook op en kun je steeds iets langer samen fietsen. Zorg ervoor dat je hond leert om goed mee te lopen in de bochten, zodat de hond bij een bocht naar links niet ineens meegesleurd wordt of waarbij je bij een bocht naar rechts tegen je hond aanfietst. Pas je tempo aan aan die van de hond en niet andersom. Laat je hond alleen in draf lopen en niet in galop. Galop is namelijk te belastend voor de gewrichten.

Teveel fietsen

Regelmatig fietsen met de hond lijkt een goede manier om een energievolle hond uit te putten, maar heeft als nadeel dat de hond steeds langer kan meelopen doordat zijn conditie verbetert. Hierdoor zou je steeds langer moeten fietsen om hem moe te krijgen. Als er dan een dag helemaal niet gefietst wordt, zit je met een hond die zijn energie niet kwijt kan. Beter is om de fietstochtjes kort te houden en de hond moe te krijgen door denkspelletjes met hem te doen. Dat kan met hersenwerkoefeningen thuis of spelletjes tijdens de wandeling of cursus.

Je eigen veiligheid

Maak de riem niet vast om je pols of aan je stuur. Als je hond de berm in zou lopen, trekt hij je stuur ook die kant op. Een veilige oplossing hiervoor is een springer. Dit is een beugel die wordt bevestigd aan de fiets en waaraan de hondenriem vastgemaakt kan worden. Je hebt hierdoor je handen vrij en het zorgt er ook voor dat de hond op veilige afstand van de fiets blijft en niet in je spaken of voor je wiel loopt. Om je beide handen vrij te houden kan ook voor een heupgordel gekozen worden. Deze zorgt er echter niet voor dat de hond op een veilige afstand blijft van de fiets.

Veiligheid van de hond

Naast je eigen veiligheid is die van je hond uiteraard ook belangrijk. Let daarbij op de volgende punten:

  • Ga niet fietsen met de hond als het boven de 20 graden is. Honden raken al snel oververhit doordat ze alleen zweten via hun tong en voetzooltjes.
  • Laat je hond alleen in draf lopen en niet in galop.
  • Gebruik een tuig in plaats van een halsband. Als de hond ineens stil staat of je komt te vallen dan wordt de ruk aan de lijn niet opgevangen door de nek maar het gehele lichaam.
  • Neem voldoende water mee voor de hond (en jezelf), maar laat hem geen hele bak water drinken direct na het fietsen. Een paar slokken is voldoende.
  • Ga niet fietsen binnen 2 uur na het eten of een half uur voor het eten in verband met een maagtorsie.
  • Controleer de voetzooltjes regelmatig. Door het vele lopen op een harde ondergrond kunnen ze deze openhalen of verbranden door warm asfalt.
  • De temperatuur van asfalt kan flink oplopen met warm weer waardoor honden hun voetzooltjes kunnen verbranden. Leg je hand maar eens op het warme asfalt.

Hondenkar of mandje

Heb je een hond die snel moe is, of een ras dat minder geschikt is om naast de fiets te lopen en wil je toch graag fietsen? Een hondenkar achter de fiets geeft je toch de mogelijkheid om stukken te fietsen. Bij kleine hondjes kan er gekozen worden voor een mandje op het stuur waar de hond in kan zitten.

Veel fietsplezier!